Drukke kusten, mensenlege bergen (5).
De Cedervallei en het Akámas schiereiland.
De kafeinion-houdster was noten aan het kraken en bood ons aan te proeven om ons tot kopen te verleiden.
's Morgens klimmen we naar Gerakies en willen even van het uitzicht genieten in een kafeinion. We bestellen turkse koffie, maar de oude vrouw spreekt geen Engels en trekt me mee de keuken in om aan te wijzen hoeveel suiker erin moet, daar hebben ze hier n.l. drie verschillende namen voor. "Efcharisto" demonstreren we dat we ook een beetje Grieks kennen als ze de koffie brengt. Ze legt de hand op haar hart en zegt "geen dank". Vanmorgen vroeg was er in het winkeltje waar ik brood kocht, ook een oude vrouw in zo'n zelfde donkere rok en zwarte hoofd- en omslagdoek, deze bergdorpen zullen wel erg vergrijsd zijn.
Het westelijk deel van de bergen is onbewoond, alleen de statige Aleppo dennen omringen ons. De onverharde afsteek door de Cedarvallei moeten we in hagel- en regenbuien rijden, wat de natuur niet minder mooi maakt, maar wel meer woest en onherbergzaam. Op het laagste punt staan veel cedars, een erg decoratieve boom met zijn op regelmatige afstanden horizontaal uitstekende takken. De boswachterij Stavros ligt midden in de uitgestrekte bossen, heeft weer een natuurcamping, maar we zijn nu blij, dat de boswachter ons een huisje geeft. In zijn jeep rijdt hij vooruit, een hels steil pad op, zodat wij pas later hijgend aankomen, maar hij heeft de verwarming dan al lekker voor ons aan...
We zijn nog blij ook, dat we 's ochtends een heel stuk terug moeten klimmen naar de weg, om maar zo lang mogelijk hierboven te blijven. We nemen de langste weg naar Polis, door een heel smal dalletje, mét kabbelend beekje, over een slingerend bosweggetje dat pas vlak bij de kust naar de bewoonde wereld gaat afdalen.
Het ging best op onze randonneurs over de tracks in het Akamas nationaal park.
Het schiereiland van Akámas is totaal anders. Als we bij Neo Chorio de olijfboomgaarden verlaten, komen we op een onverharde weg door rotsige bergen met struiken en grillige, halfhoge bomen. Het pad voert bijna over de graat van de bergrug, met uitzicht op de zee aan weerszijde. Aan de noordelijke kant ligt de badplaats van Aphrodite en de zuidkant heeft Lara Beach, waar de schildpadden hun eieren leggen. Dat is allemaal beschermd natuurgebied, wat niet wegneemt dat het hier bezaaid ligt met patroonhulzen, zoals overal trouwens. Jagen is een passie, waar we afgelopen zondag heel wat geknal van gehoord hebben. Buiten de grote hagedissen en wat vogels, plus nog geiten, zien we dan ook geen enkel dier.
Een beetje armzalig en rommelig ligt het oude Paphos boven het luxe hotel- en toeristengewoel beneden. We drinken nog een kopje turkse, pardon, cypriotische koffie, happen in de laatste pompoenpastei en fietsen weer vlak langs het strand naar de vertrekhal.