Slovenië en een stukje Kroatië. (2).

  Fietsen aan de voet van het prachtige Triglav gebergte.


BEGIN: DE STEILSTE PAS

De euforie boven aan een pas, welke fietser kent het niet? "Wauw", zei Fernando, onze zoon en zou het liefst zo, remmen los, de bochtige afdaling afgevlogen zijn. De oudste dochter, Idhuna, voelde zich herboren, de inspanning van de lange klim verjoeg alle lamlendigheid van een nacht en een halve dag in de trein zitten. Hiranti, de jongste, ons minst geoefende gezinslid, was trots dat ze deze pas van 18%, zo ongetraind en direkt uit de trein, genomen had, ook al hadden pa en moe en oudste zus stukjes haar bagage getorst. En allemaal waren we blij, na het overschrijden van de Sloveense grens op de pashoogte, van het drukke Oostenrijkse verkeer verlost te zijn, dat in grote stromen met zijn uitlaatgassen ons de adem benam op de Wurzenpass. Voor ons lag nu het schitterende Triglav rotsmassief, dat, roze kleurend in de avondzon, uittorende boven de beboste donkere berghellingen. We vlogen het nationaal park Triglav in terwijl het snel donkerder werd, zonder spijt pas laat in de middag uit Villach vertrokken te zijn, daardoor deze klim zonder aanloop in de koelere avonduren gemaakt te hebben.

WANDELEN

Om ook aan de wensen van al onze kinderen te voldoen, zouden we deze vakantie niet alleen fietsen, maar ook wandelen. Na een dag fietsen, waarbij we om het Triglav massief heen trokken, klimmend over kleine onverharde wegen, dalend langs een ravijn naar de Sava rivier, kwamen bij het Bohinjsko Jezero, een prachtig, groot spiegelglad meer, aan de noord- en westkant omringd door steil oprijzende bergen. Wegen waren er niet, alleen wandelpaden. Nou ja, wandelen, je klom recht tegen de rotswanden van het circuit op. Op de steilste stukken waren pinnen als treden, op gevaarlijke plaatsen kabels als leuningen, maar goed te doen voor ongeoefenden. Crno Jezero, een klein meertje, op de kam gelegen in een kom van rotsen, was ons doel, maar er waren veel meer wandelroutes.
"Dóber dan" groetten de tegenliggers, vakantiegangers waren hier merendeels Slovenen.

's Zondags verlieten we het meer, tegen de stroom in van de weekenddrukte. Veel auto's van zeer recente bouwjaren, daaraan mag je toch wel enige welvaart van dit jonge land afleiden. Grote luxe was er overigens niet, in winkeltjes of supermarkten was het assortiment zeer beperkt. Op de schoonmaakmiddelenafdeling zocht ik spiritus voor de brander. Gorilni spirit, volgens het woordenboek, vond niets, dus de vakkenvulster gevraagd. "Da, da" knikte ze, liep naar de drankafdeling, die wel rijkelijk gesorteerd was en greep een fles zuivere alcohol 96%. Gezien de prijs van 6 gulden probeerde ik maar niet uit te leggen dat ik gedenatureerde zocht.